woensdag 30 maart 2011

Keepvogel en Kijkvogel in het spoor van Mondriaan : een boogiewoogie-prentenboek

In het spoor van Mondriaan, de Boogie Woogie dansend, verovert dit nieuwe prentenboek over Keepvogel en Kijkvogel in 2011 vast en zeker een mooie positie binnen de jeugdboeken die over kunst gaan. Ouders en kinderen die van verbeelding en schilderkunst houden, leerkrachten en leerlingen die met kunst bezig zijn zullen zeker geïnspireerd worden door dit kleurrijke boek over Mondriaan. Voor de jeugdige lezers in Zeeland is dit zeker een aan te bevelen boek!
Eerst: wie was Mondriaan, wie is Keepvogel?
Piet Mondriaan (1872-1944), één van de grootste pioniers van de abstracte schilderkunst, had iets met Zeeland, vooral met de badplaats Domburg waar hij, zo'n honderd jaar geleden, regelmatig kwam. Hij hield van de Zeeuwen, de kunstenaars, het landschap, de duinen, de zee en het Zeeuwse licht. Keepvogel en Kijkvogel in het spoor van Mondriaan van Wouter van Reek is een kunstprentenboek, uitgegeven door het Gemeentemuseum Den Haag en uitgeverij Leopold. Het Haagse museum heeft de grootste Mondriaancollectie ter wereld met als topstuk Victory Boogie Woogie dat Mondriaan in 1944 maakte en dat ook een rol speelt in het prentenboek waarin Keepvogel onze gids zal zijn.

De eerdere vijf Keepvogelverhalen van Wouter van Reek zijn inmiddels alom bekend, de site van Wouter van Reek blijft een verkenning waard: filmpjes kunnen gedownload worden van de tekenfilmserie over Keepvogel, uitgezonden door de VPRO tussen 2000 en 2007.

Keepvogel, de altijd in een rode cape gehulde loopvogel gaat nooit op stap zonder zijn trouwe hondje Tungsten. Hij vindt dingen uit en is ook nog eens naïef en heerlijk eigenwijs. In dit nieuwe verhaal gaat Keepvogel met zijn vriend Kijkvogel, die volgens een foto op de achterzijde van het boek, met zijn postuur en bril veel weg heeft van Piet Mondriaan, op zoek naar een nieuwe toekomst vol dingen die nu nog niet bestaan. Hoe doen ze dat, op zoek gaan naar wat er nog niet is? Waar zoek je dan? Kijkvogel gaat samen met zijn hondje Foxtrot op pad maar Keepvogel twijfelt aanvankelijk: Als je afwacht komt de toekomst toch vanzelf? Met zijn trouwe hondje Tungsten besluit hij Kijkvogel achterna te reizen. Ze lopen door een landschap met een molen, water en bomen maar al snel verandert het landschap, zoals ook de landschappen in het werk van Mondriaan gaandeweg veranderden. Ze komen in een stad die veel op New York lijkt, de stad waar Mondriaan vanaf 1940 woonde. Toch ook een stad, een metropool, type Tokio, met Aziatische invloeden. Het lijkt wel alsof Keepvogel en Kijkvogel weten dat de toekomst nu ten oosten van ons ligt en niet meer ten westen.

In deze stad komt de toekomst dichterbij wanneer Keepvogel en Tungsten de metro of ondergrondse trein nemen, kennismaken met de drukte, de haastige reizigers, de geluiden en lichten van de stad. Keepvogel en Tungsten raken elkaar kwijt, een zoektocht volgt. Wanneer Keepvogel een plattegrond – in Mondriaanstijl – bestudeert ziet Kijkvogel hem daar staan. 'Keepvogel? Wat doe jij hier?' zegt Kijkvogel. 'Ben je ook op zoek naar de toekomst?' 'Nee, ik zoek Tungsten,' zegt Keepvogel. 'Hij is verdwaald.' 'Honden verdwalen niet,' zegt Foxtrot, het hondje van Kijkvogel, 'Je bent zeker zelf de weg kwijt.' Hoe het verhaal allermodernst, allerwildst en allerswingendst eindigt in het museum waar Kijkvogels laatste schilderij te bewonderen valt, mag je zelf, in jouw toekomst, gaan ontdekken.

Alles in dit prentenboek ademt de sfeer en stijl van Mondriaan. Bij de boogiewoogiestijl in de pianomuziek speelt de linkerhand en zeer strak ritme terwijl de rechterhand allerlei bluesloopjes in verschillende maatvoering mag spelen. Van de eerste tot de laatste bladzijde danst de Boogie Woogie door dit kunstboek. Het verhaal begint met prenten die verwijzen naar de figuratieve periode maar al snel, via het kubisme, komen de meer abstracte schilderijen het verhaal binnen. Wouter van Reek tekent tot in detail een heel bijzonder stadsbeeld met strakke geometrische figuren en vormen in de Mondriaankleuren rood, geel en blauw (de primaire kleuren) met daarnaast zwart, wit en grijs. Zelfs de vierkante lijfjes van de hondjes zijn in Mondriaanstijl getekend. Het verhaal zelf, de wegen & omwegen, de verwondering, het thema lost and found, de filosofie, de humor en tenslotte de muziek zorgen voor de soul & blues. De verhalen over Keepvogel zijn altijd complex en toegankelijk tegelijk. Van Reek stelt filosofische vragen, zoals wat is oneindigheid, wat betekent modern zijn, kan iemand gewoon uit zichzelf modern zijn, wat mis je wanneer je niet zoekt, maar rustig thuis blijft? Of moet je blijven streven naar het moderne? Kortom een prentenboek dat niet alleen veel informatie bevat over het werk van Mondriaan maar kinderen ook aan het denken kan zetten. Op verschillende manieren kan dit prentenboek bruikbaar zijn: als gewoon kijk- of zoekboek voor de onderbouw, als voorleesboek voor kinderen vanaf een jaar of zes. In middenbouw en bovenbouw te gebruiken als introductie op het werk van Mondriaan of bij lessen over kunst, zoals de periode van figuratieve naar abstracte schilderkunst. Opvallend is dat de naam Mondriaan, behalve in de titel, niet in het verhaal voorkomt! Iedereen die met dit verhaal aan de slag gaat wil ik een tip geven: zoek op YouTube een aardig muziekje, begin de zoektocht naar de kleurrijke toekomst met een swingende Boogie Woogie!

Vanaf 17 september 2011 is de tentoonstelling Mondriaan en De Stijl te zien in het Gemeentemuseum in Den Haag. De originele prentenboekillustraties van Wouter van Reek zijn al vanaf 2 juli te zien, deze tentoonstelling zal ook eerder eindigen. Het is aan te bevelen de site van het Gemeentemuseum in de gaten te houden.

Piet Mondriaan begon als landschapschilder. Hij zocht zijn hele leven naar een nieuwe schilderkunst, de Nieuwe Beelding noemde hij dit. Zeeland, Walcheren, Domburg en Mondriaan zijn met elkaar verbonden. In het boek voor de jeugd Mondriaan voor beginners, zijn leven & werk : een kennismaking, 1995 is voor leerlingen veel informatie te vinden over de Zeeuwse periode. In september 1908 kwam hij voor het eerst in Domburg, toen al een bekende badplaats. Met een schetsboekje in zijn hand liep hij graag door de duinen en langs het strand. Tegen zonsondergang zat hij op het hoogste duin en keek naar het veranderen van het licht op de zee. Hij hield van dit Zeeuwse licht, het licht dat in Domburg anders was dan in Winterswijk waar hij een deel van zijn jeugd doorbracht. Hij kwam er jaarlijks terug en nam deel aan tentoonstellingen. In 1911 werkte hij een tijdlang in Veere. Op Walcheren ontstonden de beroemde series schilderijen van onder meer de kerktoren van Domburg, de vuurtoren van Westkapelle, duingezichten en boomstudies, waarbij de vormen steeds schematischer werden. Werken uit de serie Pier en oceaan, geïnspireerd op de paalhoofden van Domburg, bestaan uit horizontale en verticale zwarte lijntjes. Een beroemd schilderij uit de vroege periode is Molen bij zonlicht (1908) waarin hij onderzocht hoe hij het effect van zonlicht zo intens mogelijk kon laten zien. Hij beperkte zich tot rode, gele en blauwe tinten: alleen de primaire kleuren. Mondriaan zag licht als een levenskracht die hij zichtbaar wilde maken. Daarom had hij een voorkeur voor landschappen waarin het licht op een bijzondere manier te zien was. Hij werkte bijvoorbeeld bij ondergaande zon of bij maanlicht. Wereldberoemd werd het schilderij Avond; De rode boom (1908-1910). Het was wennen, niet iedereen begreep deze andere schilderkunst. 'Die man is totaal in de war', schreef een criticus. Maar de mening van anderen liet Mondriaan koud. Hij ging zijn eigen weg. 'Ik ben nooit bang, ook niet voor de duivel', schreef hij aan een kunstenares. Mondriaan vertrok in 1912 naar Parijs. Vanaf dat moment signeerde hij zijn schilderijen met Mondrian behalve zijn tekeningen van bloemen, die hoorden bij zijn verleden. Vanaf 1940 woonde hij in New York, alleen in een moderne stad kan een moderne schilder wonen, was hij van mening. Zeker New York, de stad met wolkenkrabbers, een bijzondere plattegrond-met-orde, straten met nummers, sprak hem aan. Met betrekking tot musea had hij een opvallende mening: hij wilde een ander museum. Niet de mensen op de schilderijen moesten dansen maar de bezoekers. Hij wilde het museum veranderen in een 'bar-dancing', zelf danste hij graag. De charleston en foxtrot waren in de jaren twintig moderne dansen, de bewegingen waren net zo strak en recht als de lijnen op zijn schilderijen.

Hij was een groot muziekliefhebber, hij hield van jazz-muziek. Zijn enthousiasme voor de nieuwste dansmuziek, de swingende Boogie Woogie was groot, hij verwerkte het opgewekte ritme van de Boogie Woogie in meerdere schilderijen. Hij werkte een jaar aan Broadway Boogie Woogie en verkocht dit schilderij voor 600 dollar. Het beroemde schilderij Victory Boogie Woogie is in wezen een optimistisch schilderij, een visuele overwinningsdans met een compositie in ruitvorm, een beweeglijk evenwicht. Hij heeft het niet af kunnen maken. In 1944 liep hij een longontsteking op waaraan hij binnen enkele dagen overleed in zijn geliefde stad New York.

Tot slot: Mondriaan was een bescheiden man. In 1932 schreef hij bijvoorbeeld aan een echtpaar dat een schilderij van hem had gekocht: 'Ik hoop dat het u altijd vreugde zal geven; een beetje zon en dus een beetje helderheid.'

Door de zoektocht van Keepvogel is hij gelukkig weer even onder ons.

Voor het schilderij De rode boom (1908) koos hij expressieve kleuren. De boom is rood, een kleur van passie, warmte, energie en beweging. Het blauw is koel: de kleur van de geest, helderheid, ruimte en eeuwigheid. In Keepvogel en Kijkvogel in het spoor van Mondriaan ligt Keepvogel onder deze boom over de nieuwe toekomst na te denken…
Het Zeeuws Museum in Middelburg heeft een Mondriaan in de collectie, een blauwe appelboom.



Blauwe appelboom in golvende lijnen I, ca. 1908 (olieverf op papier gezet op canvas) 27,2 x 38,4 cm. Collectie: Zeeuws Museum, aangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt. Foto: Ivo Wennekes *Recensente Coosje van der Pol bespreekt dit prentenboek in het onovertroffen tijdschrift over jeugdliteratuur Leeswelp, nr. 2, 2011 Afbeeldingen: Strand bij Domburg, 1909, olie op doek, 33,5 x 43 cm /Collectie: Kröller-Müller Museum Otterloo Duin III, 1909, olie op karton, 29,5 x 39 cm / Collectie: Haags Gemeentemuseum Leestip: Mondriaans Alfabet / Bianca Stigter, 1997. Mondriaan in het Gemeentemuseum Den Haag / Hans Janssen, 2008. Mister Orange / Truus Matti, 2011. Leesboek over Mondriaan in New York voor kinderen vanaf 9 jaar. Eveneens een uitgave van uitgeverij Leopold i.s.m. het Gemeentemuseum in Den Haag. Zie ook: informatie over de Zeeuwse canon op http://www.geschiedeniszeeland.nl/, venster 43: Mondriaan in Domburg 1908-1916.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten